Dan heb je een blog en dan hoor je iets waarvan je denkt; wat is dat nu weer? Als je begint met bloggen zal dat regelmatig het geval zijn, maar ook als je al jaren blogt komen er nog nieuwe termen voorbij. Of er ontstaat verwarring omdat de een het over iets heeft dat de ander op een andere manier uitlegt. Dan is een verklarende woordenlijst of wel blogger abc met een overzicht van de betekenissen van afkortingen of korte uitleg over diverse begrippen wel erg handig. Ook hiervoor geldt; kom jij een begrip tegen dat hier niet tussen staat laat het ons weten! Dus bij deze een overzicht van diverse bloggers terminologie.
A
Adverteerder; Iemand die al dan niet namens een partij inkoopt op een blog in de vorm van een sponsored story of een banner.
Advertorial; Een betaald artikel op een blog; over het algemeen ingekocht op basis van het bereik van een blog.
Affiliate; Een vergoeding op basis van commissie als iemand klikt of een aankoop doet bij een externe site. De betreffende bezoeker betaald hiervoor in principe niets extra’s.
Attribuut; Een stukje code dat je toevoegt aan een link waarin een bepaalde eigenschap wordt vastgelegd. Bijvoorbeeld follow of no-follow of open link in nieuw tabblad.
B
Bandbreedte; Bandbreedte wordt gemeten in GB(Gigabyte) per maand. Dit is het internetverkeer dat je blog maximaal per maand mag genereren en verschilt per host / pakket. Afhankelijk van het formaat van je blog, thema en afbeeldingen is dit meer of minder.
Banner; Een afbeelding of video in de sidebar, header of footer waarvoor betaald wordt om dit te plaatsen. Dit kan een vaste vergoeding zijn of op basis van verdere afspraken (zie cpc tot en met cps)
Bereik; Over dit begrip bestaat nog wel wat verwarring. Over het algemeen wordt dit begrip echter gebruikt als het gaat om het bereik van een bericht op social media. Oftewel het aantal mensen dat een status update hebben gezien.
Blogpost; Als je blogt zal je met enige regelmaat een ‘stukje tekst’ schrijven en publiceren. Over het algemeen doe je dit via de berichten functie via WordPress. Dit wordt ook wel een blogpost genoemd; een post op je blog.
Body; De tekst in het midden van een blog. Vaak de inhoud die je via een bericht of pagina toevoegt.
Breadcrumps (broodkruimels); Een broodkruimel geeft het volledige hiërarchische pad weer, vanaf de homepage tot de pagina die de gebruiker bekijkt. Bijvoorbeeld home > category > subcategory > blog
C
Clickbait; Clickbait is door middel van spectaculaire koppen en ondertitels de aandacht van de lezer trekken en vervolgens de belofte niet waarmaken zodra ze geklikt hebben. Het achterliggende bericht is helemaal niet zo leuk, informatief, schandalig of opzienbarend als de kop suggereert. En leidt vaak tot frustratie van de lezer.
Clicks; Het aantal keer dat er iemand op een link is geklikt naar een andere website. Dit wordt niet standaard gemeten in Google Analytics maar kan met een extra handeling worden toegevoegd aan het rapport.
Copycat; Een copycat is iemand die het werk van iemand anders, in dit geval een andere blogger kopieert. Van complete blogs met teksten (verboden), de lay-out of de insteek van een blog waarbij het in eigen woorden wordt overgeschreven of het verder gaat dan alleen maar je door te laten inspireren.
CPC; Afkorting voor Costs per Click, een affiliate vergoeding op basis van een click.
CPL; Afkorting voor Costs per Lead; een affiliate vergoeding op basis van een lead (bijvoorbeeld een inschrijving).
CPM; Afkorting voor Costs per Mile; een affiliate vergoeding op basis van het aantal keer dat een link / banner is vertoond. Vaak een bedrag per 1000 views.
CPS; Afkorting voor Costs per Sale; een affiliate vergoeding op basis van een percentage van wat er verkocht is. Dit kan een vast percentage zijn of afhankelijk zijn van het soort product.
CSS; Afkorting voor Cascading Style Systems. Met CSS kun je in hoge mate de weergave van je pagina bepalen en kun je effecten bereiken die met HTML tags alleen niet mogelijk zijn.
D
DA; Afkorting voor Domain Authority. Een cijfer tussen de 0 en 100 waarbij hoger beter is dat een indicatie is van de betrouwbaarheid en de waarde van een bepaald domein. Dit kan je onder andere bepalen met de Open Site Explorer van MozRank. En voornamelijk gebaseerd op het linkprofiel (intern en extern en equity en non-equity).
DNS:DNS staat voor Domain Name System. Dit is het systeem en protocol dat op het internet gebruikt wordt. Alle domeinnamen en IP-adressen staan in een database; een DNS-server koppelt deze gegevens. Anders gezegd: een nameserver bij bijvoorbeeld een internet provider zet domeinnamen om in IP-adressen.
Domein; De naam van je website, het gedeelte www is een eigen domein, dus het gaat echt om het ‘middelste’ stukje.
Draft; Een draft is een concept van je blog. In wordpress kan je heel handig met een plugin een draft maken van je blog en die doorsturen. Zo ziet de opdrachtgever precies hoe het er uit gaat zien inclusief foto’s en opmaak.
Duplicate content; Het vaker dan een keer weergeven van informatie op het internet. Door te kopiëren of doordat je site het op verschillende manieren aanbiedt. Bijvoorbeeld als je het aan verschillende categorieën toekent.
E
Equity link; Zie follow link
Extensie; Het laatste stukje van je url zoals .nl .com .info etcetera.
Externe link; Een link vanaf je blog naar een blog / website buiten je blog om.
F
Facebook groep; Een groep mensen op facebook met eenzelfde doel of interesse. Dit kan afvallen zijn, kleding verkopen of een groep waar je blogs mag spammen. Je hebt openbare groepen waarvan alle content zichtbaar is, besloten groepen en geheime groepen waar je alleen lid kan worden op uitnodiging.
Facebook pagina; Een zakelijke pagina die je kan gebruiken voor je blog zodat je vrienden niet lastig gevallen wordt door statussen. Je kan op Facebook reageren als persoon (profiel) of pagina.
Facebook profiel; Je persoonlijke facebook profiel.
Facebook promotie; Tegen betaling het promoten van Facebook zodat dit een groter bereik oplevert. Je kan kiezen voor het promoten van een statusupdate of de pagina in zijn geheel.
Fetchen; Fetch betekend ook wel apporteren. Bij programmeren slaat het op gegevens, dus het ophalen van gegevens (meestal gebruikt i.c.m. databases). En bij Google worden de gegevens opgehaald van je site. Bijvoorbeeld je xml-map.
Follow link; Een link van of naar een andere site waarmee er een bepaalde linkjuice meekomt. Dit wil zeggen dat er waarde meekomt of gaat naar de betreffende link en Google zegt dat dat dus een interessante pagina is.
Footer; Het gedeelte onderaan de blog. Dit kan een balk zijn of juist niet. Vaak vind je hierin een of meerdere widgets waarin je linkjes, disclaimers, advertenties of andere informatie kwijt kan.
FTP: File Transfer Protocol (FTP) is een protocol dat uitwisseling van bestanden tussen computers vergemakkelijkt. Het standaardiseert een aantal handelingen die tussen besturingssystemen vaak verschillen.
G
Google Adsense; Een gratis service van Google waarmee je eenvoudig banners kan aanmaken voor reclame die gevuld worden door Google. Je kan deze voor een heel groot deel zelf instellen en plaatsen op je blog.
Google Analytics; Een gratis service van Google waarmee er bepaalde statistieken worden gemeten zoals de bezoekersaantallen. Maar ook waar ze vandaan komen, geslacht, leeftijd etc. en natuurlijk welke pagina’s ze leen.
Google Search Console; Een gratis service van Google en waarmee je de aanwezigheid van je site in de zoekresultaten van Google kunt bijhouden en controleren. En ook alle not provided zoekwoorden mee kan achterhalen.
Google Webmasters Tool; zie Google Search Console.
H
H-tags; Bijvoorbeeld H1 H2 etc. Dit zijn kopjes die je blogbericht leesbaarder maken voor de lezer en Google. Over het algemeen wordt de H1 tag 1 keer per artikel gebruikt voor de titel van de blog en H2 en/of H3 in het artikel zelf.
Hashtag; Het woord achter # waarmee het mogelijk is om te zoeken op een bepaald begrip. Je kan populaire hashtags gebruiken die veel door anderen worden gebruikt, door een bedrijf gevraagd worden om hun hashtag te gebruiken of er zelf een te bedenken.
HTML; Afkorting voor HyperText Mark-up Language. HTML is waarschijnlijk de makkelijkste programmeertaal die er is. In WordPress kan je hiermee werken via de tekst editor. Je kan een hele site programmeren of eenvoudige HTML-codes gebruiken.
I
IJk-persoon; Een denkbeeldig persoon of figuur die je gebruikt als symbool voor je doelgroep.
Interne link; Een link binnen je blog bijvoorbeeld van de ene blogpost naar de andere.
IP-adres; Een IP-adres, waarin IP staat voor Internet Protocol, is een adres waarmee een NIC (network interface card of controller), of in het Nederlands ‘netwerkkaart’, van een host in een netwerk eenduidig geadresseerd kan worden binnen het TCP/IP-model, de standaard van “het” internet.
J
Java; Java is een programmeertaal en computerplatform. Java is door Sun Microsystems geïntroduceerd in 1995. Veel applicaties en websites werken alleen als Java op uw systeem is geïnstalleerd en dat worden er elke dag meer.
L
Linkbuilding; Het werken aan je linkprofiel door middel van het verkrijgen van linkjes op externe sites. Of intern op je eigen blog.
Linkprofiel; Het geheel van interne of externe en follow en no-follow links van en naar je site. Meer linkjes zou een hogere ranking in Google geven. Geadviseerd wordt om een evenwichtig profiel op te bouwen waarin alle linkjes vertegenwoordigt zijn.
M
Media-bureau; Een media-bureau vertegenwoordigt over het algemeen een groep bloggers en andere social influencers richting commerciële partijen. Zij krijgen hiervoor een commissie van de deal bovenop de vergoeding als er een akkoord is bereikt.
Mediakit; Handig document van een blogger dat je mee kan sturen naar een potentiële opdrachtgever waarin onder andere statistieken, doelgroep en opties en tarieven vermeld worden.
N
Niche; Als blogger kan je heel breed schrijven over alles wat je interessant vind. Dan wordt je al snel een lifestyle blogger genoemd. Of je richten op een specifiek onderwerp. Dat kan wat breder zijn zoals reizen (backpacken in Azië) of echt heel specifiek over natuurlijke bestrijdingsmethoden voor in je moestuin.
O
Organisch bereik; Het bereik van een bepaalde status op social media zonder dat er voor betaald is.
P
PA; Afkorting voor Page Authority en wil zeggen hoeveel waarde een bepaalde site heeft. De Open Site Explorer van Mozrank bepaald de PA van de homepagina en zegt dus niets over een specifieke pagina. Die kan altijd pas als de pagina / bericht online staat berekend worden.
Pageviews; Pageviews wil zeggen het aantal keer dat een pagina is geopend. Dit zegt dus niets over of het ook daadwerkelijk is gelezen of hoeveel mensen het hebben gelezen. Iemand kan bijvoorbeeld terugkomen om op een later moment verder te lezen. Pageviews kan slaan op een specifiek artikel of de gehele website. Het meest betrouwbaar zijn de cijfers uit Google Analytics, als ze gefilterd zijn.
Pagina; Naast berichten heb je in WordPress ook de mogelijkheden om een pagina aan te maken. Dit wordt vaak gebruikt voor statische informatie zoals een contactformulier, de homepage of een over mij pagina.
Penalty; Een maatregel van Google als je in strijd met hun richtlijnen handelt, waarmee je beperkt wordt in de weergaven in Google en dus verkeer misloopt.
Pixel; Een miniscuul stipje dat je niet ziet in een blogbericht maar wel een bepaalde functie heeft zoals het verzamelen van informatie. Bijvoorbeeld het opslaan van wie er langs is geweest zodat je daarop kan targetten met Facebook promotie of vanuit een mediabureau om de statistieken te meten.
Plog; Een picture log; dagboek waarin je ziet wat iemand gedurende een dag heeft gedaan.
Pr-Bureau; Een pr-bureau vertegenwoordigt merken en houdt zich bezig met de publiciteit daarvoor op geprinte en online media. Over het algemeen op basis van free publicity, tegen een vergoeding zijn de uitzonderingen.
Productplacement; Het tonen van een product in een vlog of op een afbeelding in een blog of op social media zonder dat daarbij aangegeven wordt dat het om een gesponsord artikel gaat.
R
RCC; Afkorting voor Reclame Code Commissie. Een Nederlandse instelling die zich bezig houdt met richtlijnen over hoe je om moet gaan met reclame. Dit vind je terug in de Reclamecode Social Media.
RSM; Afkorting voor Reclamecode Social Media; het overzicht van alle ‘regeltjes’ waar je je als blogger aan dient te houden.
Responsive; Een responsive design houdt in dat de website zo is opgebouwd dat alle content zoals afbeeldingen, teksten, video’s, etc. optimaal worden getoond op diverse beeldschermen van verschillend formaat zoals desktop, laptop, tablet en telefoon.
Review; Het testen van een bepaald product of dienst waar de blogger een verslag over schrijft.
S
Sample; Zie review; vaak een product dat beschikbaar wordt gesteld voor review.
Schijfruimte; Schijfruimte wordt gemeten in MB’s (Megabyte). Hoe meer schijfruimte je tot de beschikking hebt, hoe langer je kan bloggen en des te meer video’s en afbeeldingen je kan gebruiken.
Sessie; Een bezoeker kan meerdere keren terugkomen binnen een bepaalde periode. Die wordt dan niet meer als nieuwe bezoeker gerekend maar wel als extra sessie. Het aantal sessies ligt dus altijd hoger dan het aantal gebruikers. Deze statistieken zijn terug te vinden in Google Analytics.
Sidebar; Het menu aan de zijkant van een blog; vaak vind je dit aan de rechterkant maar soms ook aan de linkerkant. Hierin kunnen verschillende onderdelen worden opgenomen zoals een zoekfunctie, voorsteltekst, social media buttons, advertenties, populaire artikelen en meer.
Slider; Een functie op je blog waarbij er afbeeldingen in elkaar over gaan al dan niet voorzien van een link zodat je zelf foto’s kan toevoegen of de laatste post kan laten weergeven.
Social Influencers; Tegenwoordig ben je niet alleen maar blogger maar zijn er ook vloggers of instagrammers. Social Influencers is dan een soort verzamelterm waarmee professionals worden bedoeld die via social media hun volgers bereiken. Niet iedereen is evenveel fan van dit woord, omdat het lijkt alsof je je volgers wilt beïnvloeden.
Spammen; Spam vind je onder andere in je mailbox. Maar onder bloggers wordt er vaak mee bedoeld het (on)gewenst achterlaten van een link naar je eigen blog. Niet overal wordt dat even gewaardeerd.
Sponsored Stories; Zie advertorial
SSL-certificaat; SSL-certificaten zijn kleine gegevensbestanden die een cryptografische key digitaal aan de gegevens van een bedrijf koppelen. Wanneer deze op een webserver zijn geïnstalleerd, activeren ze het hangslot en het https-protocol (via poort 443) en zorgen ze voor beveiligde verbindingen tussen een webserver en een browser.
Story telling; Een invulling van een blog artikel, vaak geen objectieve beschrijving van een product die ook al ergens anders te vinden is maar juist met een persoonlijke insteek zodat het verhalenderwijs wordt gebracht en interessanter kan zijn voor de lezer.
T
Tag; Een vragenlijst waarin anderen getagd (genoemd) worden met de bedoeling die over te nemen en zelf op je eigen blog antwoord te geven op die vragen. Je mag deze ook uit jezelf over nemen, met verwijzing naar de originele bedenker / waar je de tag hebt gezien.
Een tag is ook een soort label dat je aan je bericht meegeeft waardoor je lezers makkelijker content die daarop aansluit kunnen vinden en je een bericht kan categoriseren.
Token; Een token is over het algemeen een reeks cijfers of karakters die ‘niet te verzinnen’ is. Iemand die in het bezit is van het token kan het dus niet verzonnen hebben en bewijst daarmee het token te hebben. Daarmee kan je dus iets of iemand authenticeren en toegang verlenen.
U
Unieke bezoekers; Het aantal unieke bezoekers dat je blog bezoekt. Deze worden per maand gerekend en zijn over het algemeen gebaseerd op de cijfers uit Google Analytics. In GA zijn deze te vinden als gebruikers.
UTM-code; een stukje code dat je toevoegt aan de URL waardoor deze uniek wordt en er makkelijk gemeten kan worden hoeveel clicks er zijn gegenereerd en vanaf welke site.
V
Vlog; Video log; oftewel een soort dagboekje op video (youtube). Tegenwoordig zie je vooral veel weekvlogs voorbij komen waarin je als een soort realityprogramma ziet wat iemand de afgelopen week heeft gedaan. Maar ook dagvlogs of van speciale activiteiten of shopvlogs waarin de aankopen na een shopsessie worden getoond kom je tegen.
Volgers; Het aantal volgers op social media. Dit kan bijvoorbeeld gaan om het aantal likes van je Facebook pagina, maar ook op Twitter, Pinterest of Instagram etcetera.
X
XML-map; Een XML sitemap (www.website.nl/sitemap.xml) is een XML bestand dat speciaal gemaakt is voor de zoekmachines en ook alleen gebruikt wordt voor de zoekmachines. Het XML-bestand bevat een lijst van alle URL’s van een site. In de XML map worden de metagegevens beschreven.
Y
Yoast; Als je het hebt over SEO hoor je dit vaak in een adem met Yoast. Dit is een plugin van de Nederlandse Joost (Yoast is dus een internationale verbastering) waarmee je de score van je site in Google kan indiceren en tips geeft op wat je kan verbeteren.
